SAAT reageert schriftelijk op positie die SCTB inneemt
Op 9 februari 2024 ontvingen wij een schriftelijke reactie van het bestuur van de Stichting Administratiekantoor Aandelen Triodos Bank (SAAT) op onze Nieuwsbrief van 7 februari 2024. In die Nieuwsbrief beschreven wij de positie die wij als SCTB innemen over de voorstellen voor hervorming van de bestuurlijke inrichting (governance) van SAAT waarover de Vergadering van Certificaathouders op 28 februari 2024 zal stemmen. U kunt onze positie hier teruglezen. De toonzetting van de brief van SAAT is vriendelijk, maar aan de staart zit niettemin venijn. Daar noemt SAAT de oproep van SCTB om de voorstellen van SAAT in hun geheel af te wijzen “weinig constructief”. SAAT vindt het een gemiste kans als de voorstellen ten gevolge van deze oproep zouden sneuvelen “om reden van een onderliggend sentiment in de richting van de bank.” Lees de volledige tekst van de brief van SAAT hier .
Bijzondere situatie
Wij kunnen ons voorstellen dat het bestuur van SAAT teleurgesteld is door onze oproep aan certificaathouders om de voorstellen integraal af te wijzen, zeker omdat wij – puur op inhoudelijke gronden – sympathiek staan tegenover een belangrijk deel van die voorstellen. Dat wij de voorstellen van SAAT op dit moment desondanks in hun geheel afwijzen heeft natuurlijk een reden en dat schept een bijzondere situatie.
In de kern staan SAAT en SCTB niet ver van elkaar qua positie. SCTB onderschrijft een belangrijk deel van de voorstellen die SAAT doet en erkent ten volle dat het bestuur van SAAT het afgelopen jaar veranderingen in gang heeft gezet die noodzakelijk zijn voor een verbetering van de positie van certificaathouders en een betere toekomst voor Triodos Bank. SAAT onderschrijft op haar beurt nadrukkelijk de bezorgdheid van vele certificaathouders over de teleurstellende ontwikkelingen rond het transactievolume en de koersvorming van de certificaten op de MTF en heeft bij de bank aangedrongen op een tijdige en degelijke evaluatie met vervolgstappen. SAAT geeft daarnaast duidelijk aan dat zij onze hervormingsideeën – beursnotering, vereenvoudiging, een nieuwe beschermingsconstructie en decertificering – geenszins onbespreekbaar vindt. Normaal gesproken zou dit voldoende moeten zijn voor een gezamenlijke lijn, maar toch is die er niet. Hoe komt dat?
Zoals wij aan het slot van het hierboven staande Nieuwsbericht al schreven, wij missen concrete actie op korte termijn (deze situatie duurt al vier jaar) en een duidelijke stip op de horizon. Niemand bij de bank en ook niet bij SAAT durft tot nu toe openlijk te erkennen dat de problemen waarin de certificaathouders terecht zijn gekomen alleen nog kunnen worden opgelost door een samenhangend totaalpakket van maatregelen, waarvan een betekenisvolle financiële tegemoetkoming aan de zwaar getroffen certificaathouders en het komen tot een beter handelssysteem voor de certificaten onmisbare onderdelen vormen. Deze erkenning is, volgens ons, onvermijdelijk, maar laat veel te lang op zich wachten. En hoe langer het duurt, hoe moeilijker het zetten van die stap wordt. Steeds meer certificaathouders zullen zich radicaler gaan opstellen ten opzichte van de bank. Dat wordt hoe dan ook schadelijk voor de toekomst van de bank. En de rekening van een oplossing zal steeds hoger oplopen.
Daarom wijzen wij maatregelen die slechts een deel van het probleem raken af. Er moet naar onze mening op korte termijn een samenhangend en overtuigend totaalpakket komen. SCTB heeft de contouren daarvan duidelijk aangegeven. Met de opmerking dat SAAT het weinig constructief vindt dat wij alles doen om tot zo’n totaalpakket te komen slaat SAAT wat ons betreft de plank echt mis. Wat is er constructiever dan het aanreiken van de ingrediënten van een concreet voorstel waarmee de bank nu moet komen?
En de kritiek van SAAT op SCTB dan dat onze oproep ertoe kan leiden dat de voorstellen van SAAT sneuvelen om reden van een onderliggend sentiment in de richting van de bank? Met deze formulering maakt SAAT zich er wel heel gemakkelijk van af.
Als de voorstellen van SAAT geen meerderheid krijgen op 28 februari 2024, zijn ze dan weg?
Op dat moment zeker. Maar als het gebeurt, zal het voor ons geen definitief afscheid zijn. Wij zien de voorstellen graag terug voor hernieuwde stemming in een later te houden Vergadering van Certificaathouders, maar dan als onderdeel van een breed en overtuigend pakket van maatregelen waarin de bank en SAAT, ieder vanuit hun eigen rol, gelijk optrekken.