In de Nieuwsbrief van 23 december 2022 beschreven wij al dat een dag eerder de mondelinge behandeling bij de Ondernemingskamer had plaatsgevonden van het Verzoekschrift dat de Stichting had ingediend voor het instellen van een zogenoemde Enquêteprocedure. In deze Nieuwsbrief geven wij graag een korte weergave van wat er tijdens de zitting is gebeurd en wat het beeld is dat de Stichting daarvan op dit moment heeft.
Pleidooien advocaten Stichting en VEB
Als eersten kregen de advocaten van de Stichting en de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) het woord. Advocaat van de Stichting mr. Van Dam (kantoor Lemstra Van der Korst) onderbouwde in zijn pleidooi dat de bank pas onder de druk van deze procedure is gekomen met informatie. Die informatie toont aan dat de problemen waarmee de certificaathouders zijn geconfronteerd veel dieper liggen dan de bank eerder heeft toegegeven. Daarom is naar de mening van de Stichting een onderzoek door de Ondernemingskamer noodzakelijk. Alleen daarmee kan een basis worden gelegd voor herstel van vertrouwen van de certificaathouders in Triodos Bank. Onmisbare schakels daarin zijn:
- Duidelijkheid over wat er in het verleden is gebeurd. De bank wist al veel eerder dan begin 2020 (waarschijnlijk zelfs al eerder dan november 2017 waarvoor nu bewijs op tafel is gekomen uit de stukken die zijn ingebracht voor de mondelinge behandeling) dat het handelssysteem voor de certificaten niet houdbaar was en heeft nauwelijks iets concreets gedaan met die kennis. De bank heeft zich onvoldoende rekenschap gegeven van haar zorgplicht;
- Vaststellen van de juistheid en volledigheid van de informatievoorziening voor certificaathouders sinds begin 2020. Uit de documenten die zijn verstrekt, blijkt dat er volop redenen zijn om aan te nemen dat dit niet in orde was. Er is onvoldoende rekening gehouden met de belangen van certificaathouders bij de beslissingen die de bank heeft genomen;
- Blootleggen van zwakheden in de ‘corporate governance’ van de bank (de manier waarop de besturing van de bank is ingericht).
De advocaat van de VEB kwam met een analyse van zwakheden en risico’s in de jarenlang gevolgde groeistrategie van de bank en bekritiseerde het niet tijdig onder ogen zien van de gevolgen daarvan voor de houdbaarheid van het handelssysteem voor de certificaten. Veel te lang is de bank blijven doen alsof er niets aan de hand was en bleef doorgaan met de verkoop van nieuwe certificaten. Intussen deugde de corporate governance niet, schoot de informatievoorziening tekort, is de wettelijke zorgplicht geschonden en is er sprake van bedrijfseconomisch wanbeleid.
Ook de bestuurders kregen kort het woord. Voorzitter van de Stichting Fons van der Velden benadrukte dat certificaathouders van Triodos Bank in het algemeen rustige, rationeel denkende mensen zijn, die niet bij het minste of geringste op de barricades gaan. De Stichting is niet over één nacht ijs gegaan en heeft pas besloten tot het indienen van haar Verzoekschrift nadat vele pogingen om werkelijk met de bank in gesprek te komen, waren mislukt.
Namens Triodos Tragedie belichtte Jan Janssens een aantal schrijnende voorbeelden van certificaathouders die in ernstige problemen zijn gekomen door het stilleggen van de handel in certificaten.
Verweer Raad van Bestuur, Raad van Commissarissen en SAAT
Hierna kregen de advocaten van de Raad van Bestuur (RvB), Raad van Commissarissen (RvC) en Stichting Administratiekantoor Aandelen Triodos Bank (SAAT) het woord, gevolgd door hun bestuurders. Rode draad in de pleidooien was dat de bank wel degelijk transparant is geweest, veel informatie heeft verstrekt en zorgvuldig is omgegaan met de belangen van alle stakeholders, waaronder de certificaathouders. Voorts zou een onderzoek door de Ondernemingskamer geen oplossing bieden voor het probleem van de niet-verhandelbaarheid van de certificaten en niet in het belang zijn van de toekomst van de bank. Opvallend was dat de advocaat van Triodos Bank, mr. Overkleeft (kantoor Nauta Dutilh), toegaf dat de bank al vóór 2020 op de hoogte was van knelpunten met betrekking tot het handelssysteem, maar meende meer tijd te hebben om die knelpunten aan te pakken dan er uiteindelijk daadwerkelijk bleek te zijn. Op meerdere punten kwam hij daarnaast met verwijten aan het adres van de Stichting. Die zou slechts een klein aantal certificaathouders vertegenwoordigen, zou het eigenlijk niet te doen zijn om onderzoek maar om het tegenhouden van de MTF*, en zou niet met alternatieven voor de MTF zijn gekomen.
Enkele uitspraken van mr. Overkleeft:
“Waarom geven certificaathouders niet gewoon toe dat ze altijd de missie hebben gesteund? Dan moet je toch gewoon accepteren dat dit de gevolgen zijn?”
“Certificaathouders hebben geen recht op informatie uit de cockpit. Zij zijn gewoon passagiers.”
Triodos Bank en SAAT drongen beide aan op hervatting van de dialoog met certificaathouders en pleitten voor afwijzing van het door de Stichting gevraagde enquêteonderzoek. Bij monde van haar advocaat, mr. Kamerbeek (kantoor Van Doorne), was SAAT concreet in haar kritiek op de informatievoorziening door de bank. Daarnaast werden veranderingen aangekondigd in de governance. Volgens SAAT moet er goed worden gekeken naar moderne uitgangspunten van goede governance, zoals het ‘one share one vote’ principe, een vastomlijnde consultatieprocedure voor SAAT richting haar certificaathouders en een voordrachtsrecht voor bestuurders van SAAT. De certificaathouders die dat willen, zullen zelf kunnen stemmen bij een MTF en SAAT zal verschillende modellen hiervoor aan de certificaathouders ter stemming voorleggen.
Vragen voorzitter Ondernemingskamer
Na een schorsing werd de zitting hervat met vragen van de voorzitter en leden van de Ondernemingskamer aan partijen. De meeste vragen waren gericht aan Triodos Bank en gingen over de momenten waarop de bank wist dat er problemen waren met het handelssysteem in certificaten en wat er toen is gedaan. Ook de Stichting en de VEB kregen enkele vragen.
Belangenparallellie
Vervolgens constateerde de voorzitter een overeenkomst van belangen tussen bank en certificaathouders. Ook stelde hij vast dat SAAT concrete handreikingen had gedaan en dat de bank wil praten met de certificaathouders onder leiding van een mediator. Hij mistte echter spijt en genoegdoening van de kant van de bank. Aan partijen vroeg hij om een reactie.
Repliek, dupliek en afsluiting
De zitting werd afgesloten met gelegenheid voor alle partijen om te reageren op elkaars pleidooien. De advocaat van SAAT deed daarbij een oproep om de deur open te houden en om het rechtstreekse contact op te zoeken, wetende dat de verhoudingen binnen de bank (governance) zeker zullen gaan veranderen. De advocaten van de Stichting en de VEB gaven aan dat zij uit de voorgeschiedenis weinig vertrouwen putten in de kansen van een traject van hernieuwde gesprekken en mediation. Fons van der Velden gaf namens onze Stichting aan dat de Stichting zich zal beraden op het antwoord op de vraag die de voorzitter stelde.
De voorzitter beëindigde de zitting met de aankondiging dat de Ondernemingskamer in beraad zal gaan en een uitspraak zal voorbereiden op een nader te bepalen datum. Aan partijen vroeg hij om van zich te laten horen als zij vóór die tijd tot nieuwe inzichten komen.
Na de zitting
De Ondernemingskamer heeft inmiddels laten weten ernaar te streven om uiterlijk 1 maart 2023 uitspraak te doen in deze zaak (wel of niet toekennen van het verzoek tot instellen van een enquêteonderzoek).
De Stichting beraadt zich op dit moment op haar positie, wint daarover adviezen in en overlegt met de VEB. In volgende Nieuwsbrieven zullen wij verslag doen van de uitkomsten van ons beraad.
*) MTF = Multilateral Trading Facility, uit te voeren door Captin als provider.